Wir sind am Morgen in Westkapelle eine Runde Fahrrad gefahren. Es ist wunderschönes Wetter. Danach haben wir uns auf dem Weg nach Etten-Leur gemacht. Meine Mutter hatte eine ruhige Nacht gehabt.
Am Nachmittag kamen Tante Hanneke und Onkel Jos zu Besuch. Sie sind mit dem Fahrrad gekommen. Es ist so schön zum Fahren.
Die Atmung meiner Mutter wird immer schneller. Sie hat aber keine Schmerzen. Sie kämpft gegen den Krebs. Ich fühle mich so machtlos.
André ist heute in die Schweiz zurück. Er geht sein Vater besuchen und verbringt ein paar Tagen bei und mit ihm.
Abends ist die ganze Oprins Familie zu Besuch. Wir wissen nicht wie lange meine Mutter noch bei uns ist.
René und ich beschliessen über Nacht zu bleiben und wache bei meiner Mutter zu halten. Zuerst bin ich dran, die zweite Hälfte macht René.
We gingen ’s ochtends fietsen in Westkapelle. Het was prachtig weer. Daarna gingen we op weg naar Etten-Leur. Mijn moeder had een rustige nacht gehad.
Tante Hanneke en oom Jos kwamen ’s middags op bezoek. Ze kwamen met de fiets. Het is zo lekker om te fietsen.
De ademhaling van mijn moeder gaat steeds sneller. Maar ze heeft geen pijn. Ze vecht tegen de kanker. Ik voel me zo machteloos.
André is vandaag terug in Zwitserland. Hij gaat zijn vader bezoeken en een paar dagen met hem doorbrengen.
s Avonds komt de hele familie Oprins op bezoek. We weten niet hoe lang mijn moeder bij ons zal zijn.
René en ik besluiten te blijven slapen en samen bij mijn moeder de wacht te houden. Ik ben eerst aan de beurt, René doet de tweede helft.
Schreiben Sie einen Kommentar