Sonntag, 02. November 2025

Da wir das Programm gestern getauscht hatten, wird heute Giethoorn erkundet. Nach dem üppigen Frühstück ging es los. Giethoorn wird natürlich mit dem Schiff erkundet. Wir haben ein Flüsterboot gemietet.

Das langgestreckte Dorf Giethoorn liegt in einem der größten Gebiete des Naturverbandes für den NP „De Wieden“. Zusammen mit dem „Weerribben“ bildet es das größte zusammenhängende Moor-NP-Gebiet Nordeuropas.Vor langer Zeit nahmen Torfgräber Torf aus dem Boden, ließen ihn trocknen und schnitten später Torf. Bei zwei großen Überschwemmungen (1776 und 1825) wurden diese gefährdeten Trockenbänke weggespült und um Giethoorn entstanden Seen.

Um den Torf zu transportieren, gruben sie Gräben und Kanäle, die zur typischen Dorfstruktur von Giethoorn führten. Der traditionelle Transport für Giethoorn ist der handgefertigte hölzerne „Gieterse Punter“. (Ein kleines Segelschiff). Die Torfgewinnung war bis 1920 für die Region von großer Bedeutung. Dann ging der verwertbare Torf aus und die Torfgewinnung war unrentabel. Die lokale Bevölkerung wechselte allmählich zum Schilf- und Heu-Management. (Quelle Giethoorn Info)

Am Nachmittag sind wir zum nächstes Ziel unsere Reise, Zandvoort, gefahren. Dabei sind wir über die N207, der Houtribdijk, gefahren. Dies ist ein Hochwasserschutzdamm, welche Lelystad mit Enkhuizen verbindet. Der Damm wurde zwischen 1963 und 1976 errichtet und trennt das Markermeer vom Ijsselmeer. Mit seinem 26 Kilometer ist er der zweitlangste Damm der Niederlanden.

In Enkhuizen haben wir einen Stopp gemacht. Um das Jahr 1000 gab es hier bereits eine Siedlung. Enkhuizen entwickelte sich zu einem wichtigen Zentrum der Heringfischerei; neue Häfen wurden angelegt und um 1600 waren 300 der insgesamt 500 Heringfangschiffe Hollands von Enkhuizen aus aktiv. Als 1603 die Niederländische Ostindien-Kompanie errichtet wurde, war daran auch Enkhuizen beteiligt.

Am Ende ihrer Blütezeit im Jahr 1652 war Enkhuizen für die damaligen Verhältnisse mit über 25.000 Einwohnern eine Großstadt. Ursache des anschließenden Rückfalls war die zunehmende Handelskonkurrenz im Inland (Amsterdam) und Ausland (England). Enkhuizen wurde eine der so genannten „toten“ Städte an der Zuidersee. Erst mit dem Aufkommen des Gartenbaus und des Tourismus um 1900 erholte sich die Gemeinde wieder davon. (Quelle Wikipedia)

Kurz bevor wir beim Auto zurück kamen, begann es zu regnen. Die Fahrt wurde im strömenden Regen an Amsterdam und Haarlem vorbei fortgesetzt. Als wir kurz nach 17 Uhr in Zandvoort ankamen, fielen die letzten Tropfen. Ein perfektes Timing, würdeichsagen.

Omdat we gisteren het programma hadden gewijzigd, gaan we vandaag Giethoorn verkennen. Na een uitgebreid ontbijt zijn we vertrokken. Giethoorn wordt natuurlijk per boot verkend. We hebben een fluisterboot gehuurd.

Het langgerekte dorp Giethoorn ligt in een van de grootste gebieden van het natuurverband voor het NP «De Wieden». Samen met de «Weerribben» vormt het het grootste aaneengesloten veengebied van Noord-Europa. Lang geleden haalden turfstekers turf uit de grond, lieten het drogen en sneden het later in blokken. Bij twee grote overstromingen (in 1776 en 1825) werden deze kwetsbare droogbanken weggespoeld en ontstonden er rond Giethoorn meren.

Om de turf te vervoeren, groeven ze sloten en kanalen, die leidden tot de typische dorpsstructuur van Giethoorn. Het traditionele vervoermiddel voor Giethoorn is de handgemaakte houten «Gieterse Punter». (Een klein zeilschip). Tot 1920 was de turfwinning van groot belang voor de regio. Toen raakte de bruikbare turf op en werd de turfwinning onrendabel. De lokale bevolking schakelde geleidelijk over op riet- en hooibeheer. (Bron: Giethoorn Info)

’s Middags zijn we naar de volgende bestemming van onze reis, Zandvoort, gereden. Daarbij zijn we over de N207, de Houtribdijk, gereden. Dit is een waterkering die Lelystad met Enkhuizen verbindt. De dam werd tussen 1963 en 1976 gebouwd en scheidt het Markermeer van het IJsselmeer. Met zijn 26 kilometer is het de op één na langste dam van Nederland.

We hebben een tussenstop gemaakt in Enkhuizen. Rond het jaar 1000 was hier al een nederzetting. Enkhuizen ontwikkelde zich tot een belangrijk centrum voor de haringvisserij; er werden nieuwe havens aangelegd en rond 1600 waren 300 van de in totaal 500 haringvissersschepen van Holland actief vanuit Enkhuizen. Toen in 1603 de Nederlandse Oost-Indische Compagnie werd opgericht, was ook Enkhuizen daarbij betrokken.

Aan het einde van haar bloeiperiode in 1652 was Enkhuizen met meer dan 25.000 inwoners een grote stad naar de maatstaven van die tijd. De oorzaak van de daaropvolgende terugval was de toenemende concurrentie op handelsgebied in het binnenland (Amsterdam) en in het buitenland (Engeland). Enkhuizen werd een van de zogenaamde ‹dode› steden aan de Zuiderzee. Pas met de opkomst van de tuinbouw en het toerisme rond 1900 herstelde de gemeente zich weer. (Bron: Wikipedia)

Vlak voordat we bij de auto aankwamen, begon het te regenen. We reden in de stromende regen verder langs Amsterdam en Haarlem. Toen we kort na 17 uur in Zandvoort aankwamen, vielen de laatste druppels. Perfecte timing, zou ik zeggen.

Schreiben Sie einen Kommentar

Ihre E-Mail-Adresse wird nicht veröffentlicht. Erforderliche Felder sind mit * markiert